Waarom verdrinken niet op verdrinken lijkt
Iedereen weet hoe het eruit ziet als iemand verdrinkt: zwaaiende armen, veel gespetter en geroep – en kwam het slachtoffer niet nog drie keer boven water? Het clichébeeld uit tv-series en films blijkt helemaal niet te kloppen. Maar dat is bij velen onbekend. Alleen getrainde zwemwachten zijn er alert op. De meeste mensen herkennen het helemaal niet als een zwemmer in nood is. Hoe kan dat?
Het heeft alles te maken met een natuurlijke reflex van mensen zodra ze in ademnood komen. In vakjargon heet dit de ‘instinctieve verdrinkingsreactie’. Die term is geïntroduceerd door de Amerikaan Francesco Pia, een autoriteit op het gebied van verdrinkingspreventie en strandwachttrainingen.
Iemand die wél om hulp schreeuwt en spartelt kan overigens ook in nood verkeren. Die persoon heeft kennelijk geen instinctieve verdrinkingsreactie. Zodoende kan hij of zij actief meewerken aan zijn of haar redding. Bijvoorbeeld door te grijpen naar een boei of levenslijn.
Niemand die iets alarmerends ziet of hoort
Het verdrinkingsproces duurt gemiddeld drie tot vijf minuten. Daarvan is het slachtoffer maximaal anderhalve minuut bij bewustzijn. In de eerste fase (de noodfase) kan een zwemmer of drenkeling mogelijk nog rationeel handelen en zijn mond boven water houden. Alleen dan kan hij spartelen en wellicht om hulp roepen. Maar dat is slechts in een minderheid van de verdrinkingsongelukken het geval.
Maar vlak voor of nadat hij of zij met zijn/haar mond onder water is geraakt, treedt een aantal reflexen op: het lichaam probeert krampachtig om zuurstof in te ademen. Het slachtoffer kan daardoor niet schreeuwen. Zijn/haar ongecontroleerde bewegingen lijken op watertrappelen. Niemand die iets alarmerends ziet of hoort. Dat verklaart waardoor kinderen (maar ook volwassenen) zomaar kunnen verdrinken in een vol zwembad of op een druk strand.
Getrainde hulpverleners
Alleen badmeesters, strandwachten en reddingszwemmers – die zijn getraind om dit gedrag te herkennen – zullen de noodsituatie goed inschatten en tijdig in actie komen. Daarom is het bij zwemgelegenheden, maar ook bij evenementen aan, in of op het water noodzakelijk om getrainde hulpverleners in te zetten. Zij bieden meer zekerheid en veiligheid.
On Scene: "It doesn't look like they're drowning"
Francesco Pia, autoriteit op het gebied van verdrinkingspreventie, schreef in 2006 een artikel in On Scene, het magazine van de Amerikaanse Kustwacht. De essentie van zijn boodschap:
In de meeste gevallen zijn drenkelingen fysiek niet in staat om hulp te roepen. Het ademhalingsstelsel is ontworpen voor de ademhaling. Spraak is een secundaire functie. Zonder ademhaling is geen spraak mogelijk.
De mond van de drenkeling verdwijnt meerdere malen onder het wateroppervlakte. Hij/zij is niet lang genoeg boven het wateroppervlak om uit te ademen, in te ademen en om hulp te roepen. Wanneer de mond boven het oppervlak komt, komt de ademhaling snel op gang waarna de persoon weer begint te zinken.
Drenkelingen kunnen niet zwaaien om hulp. Het natuurlijke instinct dwingt hen om de armen zijwaarts te strekken en te ‘drukken’ op het wateroppervlakte om hun mond boven het water te tillen en te kunnen ademen.
Tijdens de instinctieve verdrinkingsreactie krijgen drenkelingen geen controle over hun armbewegingen. Verdrinkende mensen die moeilijk bij het wateroppervlakte blijven kunnen niet stoppen met verdrinken en ook niet beginnen met het uitvoeren van bewuste bewegingen, zoals zwaaien om hulp, zwemmen of grijpen naar reddingsmiddelen.
Van begin tot eind van de instinctieve verdrinkingsreactie blijft het lichaam rechtop in het water, worstelend om het hoofd boven water te houden. Zonder redding treedt na 20 tot 60 seconden de onderdompeling op.